Overdenkingen van een modelvlieger (oorspronkelijk geschreven in oktober 2012 voor een de website van een club waarvan ik toen lid was)
Bald de Boer
Boven Teuge, zo’n 35 jaar geleden. De Cessna vliegt nu horizontaal. De hoogte is 3000 voet. Het wordt een korte vrije val van vijf seconden, dan zal hij zijn parachute open trekken. Altijd lastig, dat ‘ribcord’ lijkt soms wel vast te zitten. Ooit dacht hij het helemaal niet te fiksen; tollend viel hij naar beneden omdat hij twee handen moest gebruiken. Daardoor was zijn stabiele vrije val onderbroken. Dat zou hij toch eens beter onder controle moeten krijgen… Hij kijkt vanuit het open gat naar de referentiepunten op de grond rond het vliegveld. Met zijn arm geeft hij de vlieger aanwijzingen. Een beetje naar links nog, en nu rechtdoor. Mooi tegen de wind in. Nog een paar seconden… Dan roept hij over het motorlawaai en de wind heen: “Coupez.” De vlieger trekt het gas dicht. Hij groet de anderen aan boord met een knipoog en is weg. Een sprong in het diepe… Een collega para met een camera op zijn helm kijkt hem na door uit het grote gapende gat. Hij drukt af en Bald staat mooi op de foto…
Terug naar het heden. Soms gaan de dingen niet zoals je verwachtte. Een vervelend voorval op de club. Hij zat ermee in zijn maag. Na een paar goede gesprekken leek het weer de goede kant op te gaan. Maar het rotgevoel bleef. En dan is het moeilijk om de motivatie op te brengen om iets te schrijven wat verder toch ‘niemand schijnt te lezen’… Hij nam een time out door zich een poosje niet meer te laten zien. En toen merkte hij, dat hij de clubleden erg miste. Allemaal, zonder uitzondering. Hij besloot om toch maar lid te blijven. En eindelijk kon hij zich er ook weer toe zetten om een nieuwe serie overdenkingen op ‘papier’ te zetten. Een nieuwe sprong in het diepe, net als vroeger. Zoals meestal komt alles weer op zijn pootjes terecht. Nu de landing nog…
Aflevering 5, De edele kunst van het crashen en de voorbereiding op het afvliegen.
Hallo lezers! In de tijd dat ik deze aflevering voor het eerst schreef was er het memorabele feit voor mij, dat ik mijn vijfhonderdste modelvlucht maakte. Dat was op woensdag 10 oktober 2012 op het veld van mijn eerste club waar het allemaal begon. Jammer dat er de zaterdag erna zo weinig mensen waren toen ik trakteerde. Ook had ik niet meer zoveel huiver voor een beetje wind. Voor mij een teken dat de ervaring lekker begint te komen. Nu zoek ik de wat hardere wind juist vaak op om ‘landingen met het gas erop’ te oefenen. Dat is volgens mij een van de moeilijkste manoeuvres. Maar laten we vlug verder gaan met waar we de vorige keer eindigden: oktober 2011.
Nadat Jaring mijn gelijmde, maar nog steeds haperende Habu met kunst en vliegwerk weer heelhuids aan de grond had gezet, besloot ik ermee terug te gaan naar de winkel in Kampen. Peter, de winkelier, belde na mijn relaas direct de vertegenwoordiger. Deze vroeg of we een geluidsopname van het haperen wilden maken. En zo sloot ik mijn vliegtuig aan en hield Peter zijn mobiel bij de uitlaat van het toestel. De opname werd doorgestuurd en een paar minuten later belde de vertegenwoordiger terug: “Geef hem maar een nieuwe regelaar.” Garantie dus, kom daar maar eens om als je via internet een vliegtuig uit China hebt laten komen…
Het vliegtuig werd door mij van de nieuwe regelaar voorzien en was weer snel vliegklaar. De volgende vliegdagen maakte ik er, onder leiding van Erik, Jaring en Sybren vier goede vluchten mee, een keer tot bijna acht minuten aan toe… Maar bij de vijfde vlucht, eind oktober, ging het weer mis. Ik vloog de Habu met Jack als instructeur. Jack liet me redelijk vrij, zoals altijd. En ik werd overmoedig… Toen Jack even een andere kant op keek om te kijken wat de anderen aan het doen waren, meende ik een rol te moeten maken. Dat eindigde aan de rand van het veld, met de bekende ziekmakende klap, vlakbij de sloot. Ik schaamde me dood en bezwoer Jack, dat ik géén rol maakte. Waarom ik dat deed weet ik niet, want zoiets ligt helemaal niet in mijn aard. We konden bij het ‘wrak’ de accu niet vinden en dachten dat deze in de sloot was beland. Er was echter niet aan het kroos te zien dat er iets doorheen was gevallen. Toen ons jongste lid Arjen naar de overkant van de sloot ging, zag ik ineens bij zijn voeten iets roods: een draad van de accu! Het ding was door zijn massa over de sloot heen geslingerd. Gelukkig voor mij was er, net als de eerste keer, verder alleen maar schade aan de romp (en aan mijn ego). De vleugels en staartsectie waren onbeschadigd…
Thuis werd de lijmpot weer driftig gehanteerd. Hoewel lijmpot, ik gebruikte twee componenten Combisnel van Bison, wat heel goed blijkt te werken. Nadat de jet weer een beetje toonbaar was, hing ik hem aan het plafond voor betere tijden. Ik zou hem pas weer gebruiken als ik mijn brevet had. De volgende dag ging ik speciaal naar het veld om Jack mijn diepste verontschuldigingen aan te bieden, voor het feit dat ik hem niet de waarheid had verteld…
Door het steeds verder voor modelvliegen ongeschikt worden van het weer, en dan met name de in Friesland vaak harde wind, nam het aantal vluchten dat ik maakte drastisch af. Had ik in september en oktober nog respectievelijk 22 en 28 vluchten, in november maakte ik er maar twee. In december vloog ik helemaal niet. Op de betreffende zondagmiddagen ging ik met Gonnie kijken in de Sneker sporthal, waar de leden het indoor vliegen beoefenden. Volgend seizoen zou ik daar aan gaan meedoen. Als ik er tenminste het geld voor had, want we hadden net twee jaar lang met twee huizen gezeten en waren dus behoorlijk blut…
Inmiddels werd me duidelijk dat de club een nieuwe regel ging instellen. Examenvliegen voor het brevet zou voortaan moeten gebeuren met een vliegtuig van minimaal twee kilogram. Ze adviseerden de Calmato. Vlak voor Kerstmis besloot ik dus zo’n Calmato te gaan kopen. Ik had dat model willen ‘overslaan’, maar nu het toch moest werd het een laagdekker met neuswiel. Later zou ik er nog ronduit verliefd op worden… Ik monteerde hem in alle rust (toch geen vliegweer) en haalde er tussen Kerstmis en Nieuwjaar een Spectrum DX6i zender bij. Toen ik daarvan het boekje las, ontdekte ik voor het eerst in mijn leven het fenomeen ‘expo’. Daarmee kun je het binnengebied van de stuurknuppels minder gevoelig instellen, zodat de stuuruitslag exponentieel toeneemt. Dat de instructeurs me dat niet hadden verteld! Dan was ik wellicht eerder niet met mijn Habu gecrasht…
Nadat de Calmato vlieggereed was en van een accu voorzien, stapte ik met de kist op de weegschaal. Na aftrek van mijn eigen gewicht kwam ik niet verder dan 1950 gram. Shit! Een mailtje naar voorzitter Bert leerde dat er ‘dan maar lood in moest’. Dat zou ik principieel weigeren! ’s Nachts liggend in bed piekerde ik er nog over. Toen kwam ik op het idee dat ik nog een geijkte unster voor het karpervissen had. Ik het bed uit. De Calmato in een weegnet, de unster op nul en wegen maar… Tot tweemaal toe kwam ik op 2025 gram! Hilarisch was het later, dat er voor het juiste zwaartepunt, tóch 75 gram lood in de neus moest. Ik had weer eens een storm in een glas water veroorzaakt en kon dus ook weer eens mijn verontschuldigingen richting het bestuur mailen…
Het weer bleef tegen zitten, maar ik kon niet wachten totdat mijn nieuwe aanwinst de lucht in kon. Uiteindelijk lukte dat op woensdag 11 januari 2012. Jaring en ik vlogen hem samen in. Perfect. Op zondag 15 januari wilde ik mijn neef het modelvliegen laten zien. Het was eindelijk zonnig en windstil, maar er was niemand op het veld! Men was ‘allemaal’ in de sporthal, dacht ik. In Sneek aangekomen bleek dat er bijna geen instructeur was… Toen zijn we maar in de buurt van de Brekken onder Sneek gaan vliegen met de Super Cub ‘in het wild…’ Op 25 januari kon Jaring de tweede vlucht met mijn Calmato maken, meer zat er ook niet in. In totaal waren het die maand dus slechts drie vluchtjes.
Begin februari lag er sneeuw. Het was op zaterdag (4-2-12) zonnig en de dagtemperatuur bedroeg -9 tot zelfs – 12 graden Celsius. Maar omdat er geen wind stond, was het heerlijk buiten. En het was dus bij uitstek een kans op mooie plaatjes en een leuke dag. Eerst hielp ik op het veld mee om een mooie landingsbaan in de sneeuw uit te vegen. De ondergrond was keihard bevroren en ik besloot meteen om eventueel in de hoge sneeuw te landen, om met mijn nog gebrekkige techniek het landingsgestel niet te overbelasten.
Eerst vloog ik onder leiding van Jack bijna acht minuten met mijn Super Cub om er ‘weer in te komen’. Daarna coachte Jaring mij met de Calmato. Ik maakte mijn eerste Looping met dat ding en aan het eind landde ik hem ook zelfstandig, kicken! Met ‘kouwe klauwe’ stapte ik die middag heel tevreden het veld af.
De volgende dag stond er nét iets te veel wind voor de Super Cub, maar ik wist er ook toen twee vluchten mee te maken. En twee met de Calmato. Onder leiding van Tjerk, Jack en ‘good old’ Jaring begon ik aan het programma voor het brevet, met uitzondering van de start en spin. Stiekem had ik me tijdens de jaarwisseling al voorgenomen de eerste van 2012 te zijn die zijn brevet zou halen…
De eerste zelfstandige start met de Calmato maakte ik op de een na laatste vliegdag van die maand. Omdat het toestel tijdens het rijden naar links week, trimde ik na de landing het rudder een beetje naar rechts. Nu reed de kist mooi rechtuit… Ook op die dag gaf Tjerk mij zijn zender, zodat ik zijn Pilatus Porter drie minuten kon vliegen. Welk een vertrouwen, en weer een ander type in mijn logboek! De Calmato liep tijdens de laatste vlucht de eerste lichte schade op. Ja, ja, schade treedt ‘bijna altijd op tijdens de laatste vlucht van de dag’, ha, ha! Dat was bij het oefenen van starts en landingen. Ik was al zes keer gestart en vijf keer geland, zonder noemenswaardige problemen. Bij de zesde landing kwam ik verkeerd uit en moest ik in de lucht doorstarten. Het vliegtuig gleed daarbij af naar rechts en raakte de grond. En dat kwam omdat ik het rudder eerder naar rechts had getrimd, wat een oen ben ik toch… Met lichte schade aan de vleugel keek ik ‘vliegtuigendokter’ Jaring extra lief aan… Hij zou woensdag de spullen wel meenemen…
Op de 29ste, jawel een schrikkeldag, repareerde Jaring mijn kist vakkundig. De er op volgende ‘shake down’ vlucht werd door hem na 1 minuut 44 seconden met een full stop beëindigd vanwege de mist en lage bewolking. Even zagen we de rood-witte Calmato niet meer, maar Jaring blijkt ook te kunnen ‘blind vliegen’, de kanjer… Mijn kist was de enige die op die schrikkeldag vloog en ik sloot de maand af met dertien vluchten, het begon er weer op te lijken…
In maart ging het weer echt ‘los’. Bert, Jaring, Jack en Tjerk begeleidden me tot ‘grote hoogten’. Er werd constant serieus geoefend op de oefeningen voor het brevet. Dat was ook wel nodig, want ik wilde eigenlijk op 1 april afvliegen. Dat leek me wel een goede grap… Gestaag gingen de oefeningen steeds beter.
Zondag 25 maart. Thuis had ik vanaf afgelopen vrijdag een heleboel mannen en één vrouw over de vloer gehad. Een reünie van mijn oude luchtmachtonderdeel. Het feest zou tot en met zondag duren. Er waren er bij, die ik in geen 28 jaar had gezien. Het was vrijdagavond toevallig ‘de eerste mooie dag van het jaar’ en we hadden tot ‘s morgens vijf uur buiten gezeten. Onder een partytent en met een tuinhaard, dat wel. En op zaterdag (gisteren) hadden we met zijn allen een boottocht naar Sneek gemaakt; mijn beide scheepjes puilden uit van de mensen. Het was voor iedereen zó intens geweest, dat ze allemaal op zaterdagavond al naar huis gingen. En dus kon ik vandaag naar het vliegveld…
Ik ging naar het veld met een vreemd voorgevoel. Bertus coachte me negen minuten. Ik deed het hele programma en was vooral tevreden over de ‘vlakke acht’. Dat vond ik anders maar een kreng…
Naderhand kwam Tjerk naar me toe. Hij vroeg me onomwonden: “Wil je vanmiddag afvliegen?”
Poeh…
Tot zover deel 5. Ik hoop dat het weer vermakelijk is geweest en wie weet ook nog een beetje leerzaam. Volgende keer gaan we verder met deel 6. Daarin gaan we verder kijken hoe ik het afvliegen voor het brevet er vanaf bracht. En wat er daarna gebeurde. Tot volgende keer en veel happy landings!
Toch een leuk briefe zo, n brevet heb vandaag weer twee vluchtjes gemaakt met de cub, gestart op een beton weggetje
ging prachtig , beide keren opt gras geland daar ik de landings baan nog te smal vond,
vr gr Hidde